Verantwoording
16 Oct 2008
Cornelis Schavemaker, Utrecht, 1 november 2008 (gewijzigd op 1 februari, 25 april, 6 augustus 2009 en 14 december 2010).
De volgende zes uitgangspunten leveren de verantwoording van het gezamenlijk van onderaf tot stand brengen van de Grondwet.
1. Overgang naar radicale democratie
Volgens de Italiaanse filosoof Antonio Negri (1933) is tijdens de Verlichting de moderne democratie ontstaan en staat onze tijd ervoor deze democratie te radicaliseren. Radicale democratie houdt, aldus Negri, daadwerkelijke zelfbepaling van het volk in. Het volk is de menigte/ multitude, gevormd door alle singuliere individuen. Het volk dient, aldus Negri, over te gaan tot ‘gemeenschappelijk beheer van het gemeenschappelijke’.
2. Mogelijkheid van radicale democratie
De al maar groeiende vormen van informatie en communicatie in het huidige informatie- en communicatie- tijdperk, de hoge ontwikkelingsgraad van de burgers, de beschikbaarheid van talrijke informatiebronnen, dit alles maakt radicale democratie mogelijk.
3. Het volk zelf maakt zijn Grondwet
In de gebruikelijke parlementaire democratie maakt de volksvertegenwoordiging de wetten, inclusief de Grondwet. In de toekomstige volwaardige parlementaire democratie maakt het volk zelf zijn Grondwet.
4. Er is een gemeenschappelijke belevingswereld
Uit onderzoek is gebleken dat Nederlanders hun Grondwet niet kennen maar wel positief waarderen. Dit duidt erop dat er een onuitgesproken, gemeenschappelijke, beamende belevingswereld bij de Nederlanders is. Deze belevingswereld is te expliciteren in de Grondwet van en voor het volk.
5. Er is een gemeenschappelijke basiswaarde
Een belangrijke, gemeenschappelijke basiswaarde van de Nederlanders is de erkenning van de inherente waardigheid van alle leden van de mensengemeenschap. Deze basiswaarde is verwoord zijn in de preambule van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948), tot stand gekomen na het verwerpen van de duivelse nazi-ideologie met haar verfoeilijke rassenleer.
6. David van Reybrouck
Het ligt in de lijn van de ideeën van David van Reybrouck over democratie dat burgers zelf – en dus niet hun gekozen vertegenwoordigers – hun grondwet samenstellen. In de praktijk is het een kwestie van vorming van representatieve groepen Nederlanders (door loting samengesteld), die zich buigen over de verschillende onderdelen van de grondwet.